Je moet aandacht besteden aan de onderhoud van een nieuw aangeschafte kleine excavator tijdens de inbedding

De kleine excavator die we net hebben gekocht of de kleine excavator die is gereviseerd, moet door een periode van proefbedrijf gaan, wat gewoonlijk de inbeddingsperiode wordt genoemd. Het doel van deze inbeddingsperiode is om vroegtijdige slijtage van de kleine excavator te voorkomen, wat de serviceleven van de kleine excavator kan verlengen. Tijdens de inbeddingsperiode van de kleine excavator moeten de volgende zaken worden opgemerkt:

Kleine excavatoren in de inloopfase moeten een bord met de woorden "inloopfase" in een opvallende plaats hangen, zodat betrokken personeel aandacht kan schenken aan de gebruiksinstructies tijdens de inloopfase. Het bord kan worden verwijderd na afloop van de inloopfase.

Tijdens de inloopfase wordt de motor op een verminderde belasting van 20%-30% gedraaid. Het leidje van de snelheidsbeperker van de motor mag niet worden verwijderd. Dit wordt door een technicus na afloop van de inloopfase gedaan.

Druk niet hard op het gaspedaal bij het starten van de motor. Bij het starten van de motor bij lage temperaturen, warm deze vooraf 20-50 seconden op voordat u start. Na het starten laat u de motor 3-5 minuten op stationaire toeren draaien. Pas wanneer de koelwatertemperatuur stijgt tot 40 graden, kan de snelheid en belasting worden verhoogd.

De technische voorbereidingen voordat de motor wordt gestart, de technische eisen tijdens het bedrijf, het technische werk vóór en na het afsluiten, en andere operaties moeten strikt volgens de algemene mechanische werkinstructies of de eisen in de motormanual worden uitgevoerd.

(5) Tijdens de eerste 30 tot 50 uur van de inloopperiode moet de kleine graafmachine suède graven en de bucket telkens met 1/2 van de capaciteit vullen. De hoeveelheid kan geleidelijk worden verhoogd in de volgende 70 tot 50 uur, maar mag niet meer dan 3/4 van de capaciteit van de bucket overschrijden. Tegelijkertijd dient de werktempo gepast te worden verlaagd.

(6) Tijdens de inloopperiode moet u altijd aandacht besteden aan de werking van elk mechanisme van de kleine excavator, de werktemperatuur van de lagers, tandwielen en wrijvingsparen regelmatig controleren en observeren of het hydraulische systeem lekkages heeft. Bij anomalieën tijdens de bedrijfsvoering moet u onmiddellijk stoppen met de machine, de oorzaak vinden en deze elimineren.

(7) Na de inloopperiode moeten alle onderdelen van de kleine excavator geïnspecteerd, aangepast en gelubriceerd worden volgens de werksituatie tijdens de inloopperiode. Controleer tegelijkertijd de schoonheid van de smeringsolie in elke versnellingsbak en de hydraulische olie in de hydraulische olietank, en vervang ze indien nodig.

(8) Technisch personeel moet de technische management van kleine excavatoren tijdens de inloopperiode versterken. Voorafgaand aan de inloopperiode dienen de verschillende eisen en voorzorgen van de inloopperiode duidelijk uitgelegd te worden aan de operateurs; tijdens de inloopperiode moet het gebruik en bedienen van de kleine excavator gecontroleerd worden, en moet het formulier voor het gebruik van kleine excavatoren tijdens de inloopperiode gedetailleerd, zorgvuldig en prompt ingevuld worden. Nadat de inloopperiode van de kleine excavator is afgerond, moet het formulier door het verantwoordelijke technische personeel nagekeken worden en opgenomen worden in het technische dossier van de kleine excavator.